Heel Holland Breit

(Rode sokken, Albert & Victoria Museum, Londen)

Wist u dat een van de oudste breiwerken een paar rode sokken is, ergens uit de 2de tot 4de eeuw? Deze voetenwarmers werden gevonden tijdens opgravingen in Egypte, op een plek waar een Griekse gemeenschap leefde; dus eigenlijk zijn dit de eerste Griekse Gebreide Sokken! Ze zijn gemaakt om in sandalen te dragen en bieden plek aan waanzinnig lange en grote tenen. 

Volgens Wikipedia komt het Engelse woord knitting van het Nederlandse woord knot, dus breien we niet, maar we knotten. Het breien begon met één naald en knopen maken (nålebinding) en kwam vanuit het Midden-Oosten met de moslims naar Europa. Later namen de Europese kolonisten hun breinaalden mee naar Amerika. 

Rond de 14de eeuw werd ‘knotten’ zelfs heel populair, getuige diverse schilderijen van een breiende maagd Maria. Of zou het een campagne zijn geweest om de vrouwen aan het breien te krijgen? Zo’n vlijtige Maria straalt zóveel rust uit, dat je terstond naar je breinaalden op zoek gaat.

Terwijl de eerste breimachine al in 1589 werd uitgevonden, verdrongen de industriële machines pas halverwege de 19de eeuw het wollige handwerk. Nu wordt breien als een hobby gezien. Ikzelf nam de naalden weer ter hand, toen ik zag wat voor een prachtige, kleurrijke wol er tegenwoordig wordt gemaakt. In één winter kan ik inmiddels al een geheel nieuwe wintergarderobe fabriceren. Mijn handen zijn zó verslaafd aan iets doen terwijl ik een film kijk of een boek lees, dat ik net zo verknocht aan mijn breinaalden ben als veel mensen aan hun mobiele telefoon verslaafd zijn.

Ik ‘knot’ meestal alleen ’s winters of in tijden dat de weergoden wat zijn afgekoeld. Als je in de hitte woldraden heen en weer slingert, geeft dat gegarandeerd zweethanden die het breiwerk stroef maken. Logisch dus dat het ’s zomers hete Lesvos geen echte breitraditie heeft. De bewoners hadden geiten- en schapenwol zat, maar de vrouwen borduurden liever of zaten achter een weefgetouw. Ze werkten niet alleen met wol maar veranderden ook stroken gescheurde kleding en lakens in kleurige vloerkleden. 

Net zoals vroeger, toen de breiwerken naar Europa oprukten, is er weer een run van het Midden-Oosten naar Europa op gang gekomen. De vluchtelingen gebruiken onder andere het eiland Lesvos als poort naar Europa en de stroom is als een gesprongen dam, niet meer te stuiten. Dit jaar heeft het aantal vluchtelingen het aantal inwoners (ongeveer 85.000) ruimschoots ingehaald en afgelopen week is het dagelijkse aankomstaantal zelfs gestegen naar 2000. De opvang van deze mensen wordt nog altijd door vrijwilligers gedaan, geholpen door slechts een op één hand te tellen aantal officiële hulpverleners. 

Wanneer de vluchtelingen uit die wankele rubberbootjes stappen, halen ze een nat pak. Gevolg is dat op plekken waar ze uitrusten, alle hekken worden getransformeerd in wasrekken. De hete zon is een supersnelle droger, maar wanneer de winter komt, zal het wasprogramma er anders uitzien en natte kleding een last worden. Had Europa begin van de zomer een teller op de Griekse eilanden gezet, dan had men zich niet hoeven laten overrompelen door de enorme golven vluchtelingen die nu op de poorten van de ‘leidende’ Europese landen beuken. Anders dan politici heb ik wél een vooruitziende blik: deze zomer ben ik begonnen met breien.

Vroeger kreeg ik via allerlei schimmige tantes de meest wanstaltige truien die ik moest dragen, en daar had ik zo’n hekel aan, dat ik nu nog steeds niemand met een zelfgebreide trui durf blij te maken. Ook de vluchtelingen niet, en dus brei ik mutsen. Op een avond realiseerde ik me, dat het nog wel even kan duren voordat ik genoeg mutsen heb voor één boot (met gemiddeld 50 passagiers), laat staan voor tientallen boten die hier per dag aankomen. Dus heb ik hulptroepen ingeroepen.

Het Nationaal Ouderenfonds organiseert breiclubs door heel Nederland: Samen breien. Op deze manier kunnen oudere mensen al hun grootmoeders’ foefjes doorgeven aan een jongere generatie. Samen breien heeft toegezegd een helpende hand te bieden. Dus de komende maand gaat de slogan worden: Heel Holland Breit. Wanneer er een tv-show aan zou zijn vastgekoppeld, zouden oma’s – en wie weet opa’s – overuren moeten draaien. Mijn nachtmerrie is dat er op een dag net zoveel boten met vluchtelingen aan de horizon verschijnen als in de Gouden Gids reclame van Garnalenpellers. En mijn droom is dat er net zoveel gaat worden gebreid als die vloot garnalen kan vervoeren: wapen u met pennen en help!