De Lesvos kever

(Dorcadion triste (ssp) Lesvicum; foto: internet)

Torren of kevers, twee woorden voor dezelfde bepantserde insecten. Kevers worden gekenmerkt door schilden die hun vleugels beschermen. Er zijn ook kevers die het vliegen hebben afgeleerd en zich op andere manieren verdedigen, zoals de bombardeerkever die uit zijn achterste met een knalletje een chemisch bommetje perst. Die kan zo worden ingezet in de Oekraïne.

Een aantal soorten kevers kunnen behoorlijk schadelijk zijn, zoals boktorren die forse houten balken doorknagen, lapsnuitkevers die je mooiste planten kaalvreten, of rozenkevers die bloeiende rozen volledig verminken.

De meeste torren zijn echter nuttige diertjes, zoals de meest bekende kever (naast de Volkswagen): het snoezige lieveheersbeestje, waarvan we als kind leerden de stippen te tellen om de leeftijd vast te stellen (hoewel stippelbeestjes worden geboren met en ingedeeld naar een vast aantal stippen, van twee tot wel vierentwintig). Deze hemelbeestjes doen serieuze pogingen om je tuin luizenvrij te houden.

Mestkevers zijn ook opruimers en hun methode is om een balletje van plantaardig afval te rollen,  vaak vele malen groter dan zij zelf zijn. Alle kevers leggen eitjes waaruit larven komen, die uiteindelijk verpoppen. Mestkevers verstoppen hun eitjes in die zelf gerolde balletjes, en ook de larven en poppen blijven op die plek tot de kevers klaar zijn om hun entree in de wereld te maken. De oude Egyptenaren waren zó onder de indruk toen ze jonge kevers uit mestballetjes zagen komen, dat ze de scarabee, een mestkever, wonderlijke, scheppende krachten toekenden en heilig verklaarden. Naast piramides vind je in Egypte dan ook kleine, uit steen gehakte scarabeeën die als amulet worden verkocht.

Ik had een zak vol meegenomen uit het land van de farao’s; in mijn ogen straalden ze magie uit en ik had er altijd een aantal bij me. Tot ik op een dag plat op m’n bek ging, precies voor een optrekkende bus, wat maar net goed afliep. Er vlogen een paar scarabeeën over straat en ik heb ze daar gelaten. Mijn geloof in hun geluk brengende kracht was in één klap over.

De oude Grieken geloofden ook niet in gelukzalige krachten van de scarabee. Zelfs hun goden keken er niet naar om en dus zijn kevers praktisch niet vertegenwoordigd in de Griekse mythologie. Uiteraard verrijken ze de Griekse natuur in allerlei maten en kleuren. En ik zou wederom mijn zakken kunnen vullen met scarabeeën die op Lesvos rondscharrelen. Maar dan levende.

Terwijl groepen vogelspotters op Lesvos in rep en roer zijn wegens een nestelende lachende duif (palmtortel) in Loetra, sluipt de unieke Dorcadion triste Lesvicum (ssp) ongestoord door het Lesvoriaanse landschap. Voor zover men heeft kunnen onderzoeken is deze zwarte, met witte strepen gedecoreerde kever alleen in een deel van Turkije en op Lesvos gevonden (nergens anders in Europa), en wel in de graslanden rondom de Golf van Jèra. Een populaire theorie over de aanwezigheid van een Turkse kever op het Griekse eiland is dat in heel vroege tijden de kever is meegelift met koopvaardijschepen. Tenslotte waren er vroeger aan de Golf van Jèra internationale havens, waar een levendige handel met het vasteland aan de overkant (het huidige Turkije) plaatsvond. Maar dat moet dan wel eeuwen v.C. zijn geweest, want de Turkse en Griekse kevers lijken een verschillend evolutionair proces te hebben doorgemaakt: de Helleense dames lijken sprekend op hun paringspartner, terwijl de Turkse mevrouwtjes hemelsbreed verschillen van hun heren. Als vrome moslima’s lijken ze een grijze sluier te dragen! Eigenlijk zou de kever Lesvicum een eigen soort moeten zijn (Lesvos kever), maar de Turken blijven ervan overtuigd dat deze Dorcadion triste ooit vanuit Turkije is geëxporteerd en daarom een ondersoort is. 

Ruim 400.000 soorten kevers bevolken de wereld. Ik vraag me af of iemand weet, hoeveel soorten er op Lesvos rondstruinen. Ik zie regelmatig metallic kleurige kevers voorbij kruipen en vraag me af, bij welke schoonheidssalon ze hun schilden hebben laten lakken. Die kleur wil ik ook op mijn nagels! De zwarte, stoere mestkevers willen je nog wel eens voor de voeten lopen met hun mestballetjes, maar er zijn vooral heel wat onopvallende kevers. Net zoals met paddenstoelen, wilde asperges en orchideeën zoeken, moet je je ogen trainen om ze te vinden. Gelukkig onderscheidt de Lesvos kever zich met zijn witte strepen nog een beetje van tal van zwarte soortgenoten. Het is bovendien opmerkelijk dat deze kever nooit verder dan de Golf van Jèra is gekropen. Misschien omdat hij niet graag reist, of uit luiheid. Een andere theorie is dat hij niet van vulkanische grond houdt: de kusten rond Jèra bestaan namelijk uit omhoog gestuwde grond zonder lava. Hoe het ook zij: het wordt hoog tijd dat de Lesvos kever tot een eigen soort wordt uitgeroepen.

Met dank aan: Ben Brugge, Ab en Dick van Dorp