Ottomaanse schatten

(De koepel van de hamam in Molyvos)

Ruim vier en een halve eeuw heersten de Turken over het eiland Lesvos. En dat liet natuurlijk zijn sporen na, ook al probeerden veel Lesvorianen die sporen te wissen. In 1912 werd het eiland bevrijd van de Ottomaanse overheersers. Een eeuw later zijn de Ottomaanse overblijfselen spreekwoordelijk nog maar op de vingers van één hand te tellen.

Veel stadjes en dorpen herbergen nog Ottomaanse fonteintjes: kleine, sierlijke bouwwerkjes tegen een muur met een kraan. Ook het kasteel van Sigri mag zich scharen onder de Ottomaanse monumenten van het eiland: het werd in 1757 gebouwd in opdracht van de admiraal van de Ottomaanse vloot, Karabağlı Süleyman Pasa, die de regio wilde beschermen tegen piraten en het ook bouwde als een controlepost voor het maritieme verkeer. Hoe klein het er nu ook uitziet, vroeger werd het aanzicht van dat kleine dorpje Sigri gedomineerd door dit fort én de moskee die later werd omgebouwd tot de Aya Triada kerk en er nog steeds staat. Dankzij de bouw van het fort bestaat het huidige Sigri: in 1581 was het een verlaten dorp, waar krap twee eeuwen later weer leven in werd geblazen dankzij de bouw van het kasteel.

Mytilini telde een aantal moskeeën: de – naar men aanneemt – door de Genuanen gebouwde Johannes de Doper kerk werd meteen na de verovering van Lesvos door de Turken in 1462 omgetoverd tot moskee en vernoemd naar Mehmet de Veroveraar. Deze moskee werd in 1867 verwoest door een aardbeving en weer opgebouwd als de Yeni Cami (Yeni moskee).

De Yali Cami, nu een warenhuis voor groenten en fruit, verrees aan het begin van de 20ste eeuw, op de resten van een oudere moskee, volgens inscriptie gebouwd in 1738. De Vigla Cami is nu bekend als de Sint Nikolaaskerk en was ook een moskee die herbouwd werd na de catastrofale aardbeving van 1867. De minaret werd in 1929 met de grond gelijkgemaakt, zoals zoveel minaretten op het eiland.

Was het wegens luiheid of enig respect voor een godshuis dat er toch nog vier minaretten overeind staan op het eiland? Je vindt ze in Filia, Mesagros, Skalachori en in Parakila. Die van Parakila staat als een stoffige raket midden in een agrarisch landschap, naast de ruïne van wat eens de moskee was. Het is een prachtig bouwwerk van smalle bakstenen, waarmee kunstig is omgegaan. Hoelang zal ze nog staan? Ze ziet er verloren en fragiel uit, met flinke happen uit haar sierlijke vormen.

Parakila, aan de Golf van Kalloni, staat bekend om deze minaret en een oude brug, die gewoon Oude Brug wordt genoemd. Geen idee uit welke tijd ze stamt. In de winter zijn er weinig toeristen, dus niet veel mensen weten dat Parakila ook een centrum voor de sinaasappelteelt is. Wanneer je ’s winters door de velden beneden het dorp slentert, over de Oude Brug en langs de minaret, blinken de oranje vruchten van de sinaasappelbomen je vrolijk tegemoet tussen de olijfbomen. 

De andere streek bekend om zijn sinaasappels is Thermi, even boven Mytilini, dat zijn bekendheid ook al te danken heeft aan zijn Ottomaanse geschiedenis. In Loetropoli Thermis vind je namelijk wellicht het grootste Ottomaanse monument van het eiland: het luxueuze badhotel Sarlitza Palace, dat in 1909 in opdracht van Hasan Mola Moustafa werd gebouwd door Franse architecten, maar 40 jaar later alweer werd gesloten, ondanks dat staatshoofden en andere hoogheden regelmatige gasten waren. Sindsdien is het een veel gefotografeerde ruïne, en ondanks de vele geruchten over een restauratie, verzakken het bouwwerk en zijn thermische baden steeds dieper in hun ruïneuze staat.

Loetropoli Thermis herbergt overigens een ander badhuis waar nog steeds kan worden gebaad in water uit minerale bronnen: een eeuwenlange gewoonte voor mensen die in de geneeskrachtig werking ervan geloven. De Turken brachten echter een andere traditie met zich mee: de hamam, die dienst doet als reinigingsplek. De thermische baden zijn berucht om hun hoge temperaturen, maar je baddert in een ruimte waar het helder is. In de hamam vind je echter een mistig stoombad, waarin men zich kan ontspannen na reiniging, een scheerbeurt of een massage. Het gewone water wordt met vuur opgewarmd en zo is een hamam niet afhankelijk van een hete bron. 

De sierlijke gebouwen werden gedomineerd door een of meerdere koepels, waarin gaten waren aangebracht om het licht door te laten en de stoom af te voeren. Verschillende van deze koepels op de restanten van hamams kun je nog aantreffen in Klapados, Sigri, Ypsolometopo, Molyvos; en ook in Parakila kon je vroeger naar de hamam. Die van Molyvos wordt gerestaureerd, maar wanneer de eindeloze verbouwing af is, is het nog maar de vraag of je erin zult kunnen baden want het gerucht gaat dat het een museum wordt. In Mytilini had je de keuze tussen verschillende hamams, waarvan de Çarsi Hamam is gerestaureerd. Maar daarin worden nu culturele evenementen georganiseerd. Er is echter één hamam die weer helemaal is opgeknapt en waar je je heerlijk kunt laten verwennen: in Mesagros, een dorp tussen Pappados en Skopelos. Heb je nog nooit zo’n schuimige zeepmassage gekregen, dan is dit beslist een reden om naar Mesagros te gaan.

Het zoeken naar andere Ottomaanse sporen op het eiland kan heerlijk wandelplezier opleveren, zoals bij Parakila met zijn vrolijke sinaasappels. Lesvos staat er vol mee. Ik wens u een heel gelukkig 2014, vol nieuwe uitdagingen.