Alfa Heijn, of de versupermarktisering van Lesvos

(foto: internet)

De winter heeft Lesvos onverwachts overvallen met lage temperaturen, forse stormwinden en sneeuw. Dagenlang was er geen veerboot te zien op de woelige golven, wat betekent dat de winkels langzaam leeg raken. De kleinere zaakjes met lokale producten zullen genoeg op voorraad hebben, terwijl de grote supermarkten wél met wat lege schappen zitten. Lokale kruideniers zijn in Nederland bijna allemaal verdreven door de grote supermarktketens. Griekenland is nog niet zo ver, ook al is de opmars begonnen.

Zo’n vijftien jaar geleden was je in Molyvos aangewezen op een aantal kleine kruideniers, die vandaag de dag nog steeds in kleinere dorpen floreren. Wilde je een groter assortiment, dan moest je naar Pètra waar één kleine supermarkt was, tegenwoordig de Proton geheten. Eigenlijk is deze situatie niet echt veranderd, ook al zijn de meeste kruideniers in Molyvos nu piepkleine minimarkten, volgepropt met een grotere sortering.

Voor de echte supermarkt ging je naar Kalloni, en wanneer je een fervente boodschappenverslaafde was, reed je naar de hoofdstad Mytilini, waar de Alfa Beta (uitspraak Alfa Vita) wegens ruime sortering het meest de Nederlandse supermarkten benaderde. De koopfeestvreugde was compleet toen daar ook nog een Lidl bij kwam.

Ik ben erg tegen de grootgrutters in Nederland, zoals bijvoorbeeld Albert Heijn, die zó’n goede marketing heeft, dat minstens half Nederland niet meer Nederlands eet maar Albert Heijns. In Griekenland word je nog niet zoveel gepusht om te consumeren. Net als de Griekse keuken blijven de boodschappenlijstjes redelijk eenvoudig.

Maar ook Griekenland versupermarkt. Was er vijftien jaar geleden slechts één grote supermarkt in Kalloni, inmiddels zijn dat er vier geworden: de Alfa Beta heeft zich er als laatste gevestigd, pontificaal naast de Masoutis, tegenover de discountwinkel In Market en tientallen meters van de My Market. Grieken zijn meesters in elkaar beconcurreren en nu is het afwachten wie de langste adem heeft.

Masoutis is een Griekse familie-supermarktketen, die zijn eerste winkel in Thessaloniki opende in 1976, wat uitgroeide tot wel 200 vestigingen, voornamelijk in Noord-Griekenland en op de noordelijke Egeïsche eilanden. My Market valt onder het Griekse Metro SA en opende zijn eerste winkel in hetzelfde jaar als Masoutis. Ook Proton is Grieks, maar geeft zijn filialen onafhankelijkheid, mét gezamenlijke inkoop. Lidl, een van de grootste winkelketens in de wereld, is van de Duitse familie Schwarz.

Alfa Beta begon in 1939 als een kleine kruidenierswinkel in Athene, gerund door de broers Vassilopoulos. In 1970 openden ze de eerste supermarkt en nu beheren ze zo’n 500 filialen verspreid over heel Griekenland. In de jaren 90 werd Alfa Beta overgenomen door de Belgische Delhaize Group die inmiddels is gefuseerd met de Nederlandse Ahold groep, bekend van AH.

Sinds ik weet dat Albert Heijn zich indirect bemoeit met de versupermarktisering van Lesvos, kijk ik anders naar de Alfa Heijn. De Kalloniates (inwoners van Kalloni) doen slechts aarzelend een stap over de drempel bij Alfa Heijn: het is er meestal opvallend rustig, ondanks de grote sortering, de brede en aangename gangen, de aanlokkelijke acties en het aardige personeel (sommige Griekse supermarkten zijn gespecialiseerd in klantónvriendelijk personeel).

De Grieken eten naar het seizoen, alhoewel je ’s winters toch wel een tomaat kunt vinden, maar die smaakt duidelijk niet naar een hete Griekse zomer. In de winter zijn het allerhande soorten kool en bonen en de wintersla marouli die de dienst op tafel uitmaken. De Griekse keuken verandert weinig, hoezeer de supermarkten ook hun best doen nieuwe producten en fastfood te introduceren. Alleen gember en avocado’s wriemelen zich langzaam in het Griekse eetpatroon. Het maakt je creatief om verschillende gerechten met het kleine aanbod van seizoensgroenten op tafel te toveren: broccolipuree met walnoot en kaas, geroerbakte witte kool met pindasaus, bloemkoolcurry en ga zo maar door.

Maar toch wil je wel eens iets anders. En dus sluip ik wel eens de Alfa Heijn binnen, waar ze witlof hebben, soms spruiten, een on-Griekse keuze aan buitenlandse kazen, een groot assortiment aan verschillende bieren en lekkere beenham. Ze weten dondersgoed hoe ze klanten moeten lokken, ook al vraag ik me af welke Griek witlof of spruitjes eet, of ’n Belgisch biertje drinkt. Wat dat betreft hoef ik niet bang te zijn, dat de versupermarktisering van het eiland in snel tempo zal verlopen. Als er ergens een volk honkvast is qua eten, dan zijn het de Grieken wel.

Loop ik nu reclame te maken voor de Alfa Heijn? Dat was niet de bedoeling…

Gelukkig 2020!