Bootje, boompje, kerst

Over de oorsprong van de kerstboom en de Griekse kerstscheepjes.

Lesvos staat vol met olijfbomen, maar heeft ook talrijke dennenbossen, die ’s winters voor een aangename kerstsfeer kunnen zorgen. Het zijn echter geen echte kerstbomen, want daarvoor wordt meestal een spar gebruikt. Bij de spar staan de naalden los van elkaar en de naalden van een den – waarmee Lesvos bedekt is – hokken min of meer in groepen samen. Toch kunnen dennenboomtakken, en zelfs kleine dennenbomen, voor een mooie kerstdecoratie zorgen, ook al zal Lesvos zich nooit de wieg van de kerstboom kunnen noemen.

Die ligt ergens in Noord-Europa, in de Baltische staten en Duitsland, die wel met sparren zijn begroeid. Tijdens de donkere dagen rond de zestiende eeuw ontstond het idee om een boom te versieren, misschien geïnspireerd door de middeleeuwse mysteriespelen op 24 december waarin regelmatig de Boom van het Paradijs voorkwam: de levensboom versierd met appels. Dan mag de kerstboom uit het noorden komen, voor het boompje versieren moeten we nog verder terug in de tijd en naar het zuiden, en wel naar de Grieken en hun Olympische goden. In de oudheid namelijk zetten de Grieken een olijf- of lauriertak in huis en versierden die met slingers van rode en witte wol en met wat walnoten, kastanjes, vijgen, appels en al wat men nog meer aan fruit had. Eiresioni werd deze vrolijke tak genoemd, waarmee ze de goden dankten voor een goede oogst, of – wanneer die niet zo goed was – om een betere voor het volgende jaar af te smeken. Homeros had het er al over in een van zijn geschriften: in het najaar gingen kinderen met zo’n versierde tak langs de deuren en zongen liedjes met wensen voor een goede oogst.

Deze kalanda, de naam voor deze goeie-oogst-en-geluks-liedjes, worden nog steeds door langs de huizen trekkende kinderen gezongen, maar nu tijdens de kerstdagen. De kinderen dragen geen versierde tak meer, maar hebben een triangel in de hand waarmee ze het ritme aangeven: kerstgejengel. Wanneer in de geschiedenis en waarom de kersttak bij het kalanda zingen is gesneuveld, weet ik niet precies. Voordat de triangel zijn intrede deed, hielden de kinderen een klein versierd scheepje in de hand. In de Byzantijnse tijd kon dat zelfs een klein Byzantijns kerkje zijn.

De oude Grieken versierden ook al scheepjes tijdens de oeroude feesten ter ere van Dionysos. Het was de enige god die per boot alle eilanden bezocht, en zo werd het scheepje een symbool voor de aankomst van Dionysos: laat het feesten beginnen! Maar dat is niet het enige scheepje dat mooi werd gemaakt. Er is ook nog de heilige Nikolaas, de patroonheilige van alle scheepslieden, die menige zeebonk uit een onstuimige zee heeft gered. Een versierd scheepje kon ook aan hem zijn gewijd. Tenslotte zijn er nog historici die denken, dat een fraai opgetuigd bootje gewoon een uiting van vreugde kon zijn voor iedereen die behouden van zee terugkwam in de donkere maanden van het jaar. Tenslotte was het merendeel van de Grieken vroeger op zee te vinden, maar kwamen ze wel netjes thuis in de maand van alle feesten: december.

Ondanks dat de Grieken waarschijnlijk de aanzet hebben gegeven om een sparrenboom te versieren, kwam de versierde kerstboom pas in 1833 hun land binnenvallen. Zeventien jaar was Otto, de tweede zoon van koning Ludwig van Beieren, toen hij in 1832 zonder pardon op de troon van Griekenland werd gezet. Hij nam niet alleen een leger aan Duitse lakeien mee, maar ook koffers vol tradities. Zoals een echte kerstboom, die elk jaar in zijn paleis werd opgetuigd. Zo kwam de versierde olijftak na een fikse omzwerving weer terug in Griekenland als een versierde kerstboom.

Het lukte koning Otto niet alle harten van het Griekse volk te winnen, want hij werd in 1862 het land weer uitgebonjourd. Maar de kerstboom bleef, want het aantal Grieken die de boom hadden nage-aapt was niet meer te tellen. Naast de kerstboom had Otto ook het bierbrouwen in Griekenland geïntroduceerd, nog zo’n blijvertje. Maar het bier is echter nooit een kerstdrank geworden.

Gelukkig zijn de Grieken niet zo pietluttig om een grootse, nationale discussie op gang te brengen over wat nu Griekser is met de kerst: een boot of een boom. De kerstboot die een tijdje uit beeld was, is weer heel populair aan het worden. Veel gemeenten maken geen keuze en planten tegenwoordig zowel een kerstboom als een kerstscheepje op openbare pleinen. Een antwoord op de vraag wat nu Griekser is, bestaat waarschijnlijk niet: zowel de versierde boom als het versierde bootje hebben beide hun oorsprong te danken aan de Grieken en hun lust om van het leven te genieten.

Kαλά Χριστούγεννα!