Oerorchideeën

Nu de Kaapse klaverzuring zijn frontlinies heeft vastgelegd, komen in andere gebieden de anemonen te voorschijn. Zij zorgen voor een kleurrijk festival van tinten wit, roze naar paars, totdat de rode anemonen alles zullen overnemen. Vreemd genoeg worden de kleuren naarmate je zuidelijker gaat op het eiland feller, van hel kermisroze tot een dieppaarse kleur.

Een vroege vogel

Ook de blauwe druifjes ontvouwen schuchter hun hemelse kleur. En wanneer je goed kijkt, vind je schattige bonzai krokussen, zoals ik de Romulea linaresii noem. Kleine goudsbloemen vechten met brutale grassprieten om een straal zonneschijn, en dan zijn er ook de eerste orchideeën die de nieuwe lente komen verkennen. 

Orchideeën, waarvan zo’n honderd soorten op Lesvos voorkomen, zijn – in tegenstelling tot hun tropische broertjes en zusjes – niet altijd even opvallend met hun kleine, maar schitterende bloemen. De vroege soorten vind je al in januari of februari, zoals de Sitian orchis (Ophrys sitiaca) of het Siciliaantje (Ophrys sicula). Maar ook de Grote Roberts Orchis (Himantoglossum robertianum) is een vroege vogel. 

Een Robertianum-nederzetting

Soms zie je een eenzame orchidee in het landschap en zoek je de omgeving af, of er niet nog ergens familie is verstopt. Sommige orchideeën zijn nu eenmaal kuddedieren. Vaak zijn ze makkelijk te spotten in de bermen van wegen en paden. Een klein aantal houdt er echter van om verstoppertje te spelen. Zoals de Grote Roberts Orchis. Ook al behoren zij tot de grootste orchideeën van het eiland (Himantoglossums kunnen tot zo’n 80 cm de lucht in schieten), je moet ze maar net tegen het lijf lopen. Afgelopen week raakte ik verzeild in een complete Himantoglossum robertianum nederzetting, diep verscholen tussen de lage struiken van Avlonas, waar – als je goed telde – wel honderd exemplaren stonden. Wat een feest! Iets achteraf zag ik het zwarte schaap van de gemeenschap: een prachtige groen/witte, die zielig en alleen tussen de zonneroosjes en de lavendel stond te schitteren. 

Jan van Lent

De Himantoglossum is een stoere familie en de laatste exemplaren kun je tot juni op het eiland vinden. Ook op andere eilanden, zoals Chios, zijn het geen onbekenden en zelfs in Nederland schieten ze wortel. Omdat de Robertianum veel vroeger uit de veren is dan de rest van deze familie, zijn er wetenschappers die vinden dat deze stoere bloem een Barlia Robertiana is. Jan van Lent, plaatselijke orchidoloog, kiest ervoor het een Himantoglossum te noemen. Hij volgt zoveel mogelijk orchideeën tijdens hun bloeimaanden. Op zijn website “The Orchid Paradise: Lesvos, a Hornets’ nest!“, heeft hij praktisch alle orchideeën van Lesvos vastgelegd, waarbij hij ook nog eens vermeldt wat andere orchidologen over deze bloemen zeggen. Kenners vliegen elkaar graag in de haren over namen, afkomst en andere wetenschappelijke zaken. Als een onpartijdige scheidsrechter volgt Jan van Lent het geharrewar, rapporteert het en voegt er zijn eigen mening aan toe.

Wetenschappers

Theophrastos, grondlegger van de biologie en geboren in Erèsos, gaf de orchidee (orchis) zijn naam. Ene G.N. Robert, die de Robertianum vond, plakte achter Himantoglossum zijn naam, maar deze wetenschapper is nagenoeg onvindbaar op het internet. Van vader en zoon Candargy, Franse biologen die eind negentiende eeuw Lesvos bezochten, is het spoor iets duidelijker. Zij hebben als eersten de bloemenwereld van Lesvos in kaart gebracht in hun boekje Flore de l’île de Lesbos uit 1889, waarin zo’n zeventien orchideeën. Tegenwoordig is dit fraaie boekwerk opnieuw verkrijgbaar.

Nog steeds dwarrelen er wetenschappers door de natuur van Lesvos, niet alleen op zoek naar orchideeën, maar ook achter kevers, spinnen of libelles aan. Regelmatig worden er nieuwe ontdekkingen gedaan, gelukkig echter geen nieuwe anaconda, zoals laatst in de Amazone. Er zijn genoeg slangen op het eiland, maar je riskeert hier niet te worden aangevallen door een monster dat plots uit een boom schiet. 

Oerorchideeën

Heel vroeger was dat wel anders. Toen leefden hier grote olifanten, reuzenschildpadden en nog meer groot wild dat je niet graag op een wandeling wilt tegenkomen. Er bestaan zelfs volksverhalen over draken. Die schubachtigen zijn echter behoorlijk gekrompen en kruipen nu als intrigerende salamanders over de eeuwenoude stenen van het eiland.

Soms heb ik het gevoel, dat er ook orchideeën zijn die zich al eeuwen schuilhouden in de uitgestrekte bosschages van het eiland: oerorchideeën, nog veel groter dan die Robertianums. Lesvos is zó uitgestrekt, dat er zich weliswaar geen anaconda’s schuilhouden, maar veel plekken heeft waar nog nooit een mens is geweest, laat staan een wetenschapper. Je zou er bijna de goudkoorts van krijgen.