De weg in Eftaloe
Drie of vier jaar geleden werd de weg in Eftaloe door hevige stormen ernstig beschadigd. Geld voor reparatie was en is er niet en zo is de Eftaloe Boulevard, zoals ik deze weg met een groot woord noem, nog steeds een gevaarlijke, half geasfalteerde weg met diepe kuilen en een gewillige prooi voor de eerstkomende zware winterstorm.
De Eftaloe Boulevard, die bij de heetwaterbronnen overgaat in een onverharde weg die langs de kust over de bergen naar Skala Sykaminia kruipt, is geen drukke weg. In de winter kun je er eindeloos wandelen zonder zelfs maar één auto te zien en in de zomer heeft het versmalde stuk waar maar één auto op past, nooit tot problemen geleid. Zo moeten zelfs de scheurneuzen hun gas inhouden, wat heel aangenaam is.
Er is al lang sprake van een nieuwe weg van Pètra naar Mytilini, de drukste weg van het eiland, ook al zijn ’s avonds de tegenliggers op één hand te tellen. De weg moet om Kalloni heen worden geleid, zoals al is gebeurd in dorpen als Stipsi en Skalochori, die genoeg hadden van auto’s die in de smalle straatjes rakelings langs de tenen van de kafenionbezoekers scheerden. Kalloni geniet echter van de drukte, de vaak onontwarbare knopen van auto’s tijdens regelmatige verkeersopstoppingen en het grote gevaar dat voetgangers van de sokken worden gereden. Vooral de middenstand van Kalloni is bang dat wanneer men niet meer stapvoets door Kalloni kan rijden, er ook niet meer wordt uitgestapt om te winkelen. Dus loopt de nieuwe weg van Mytilini naar Pètra dood in Kalloni. Dan hebben we het nog niet eens gehad over de kronkelige bergweg van Kalloni naar Pètra, waarvoor het moeilijk zal zijn een nieuw traject te vinden. De huidige weg voldoet, maar wanneer bussen en zouttransporten de berghellingen op- en afrijden via de honderden bochten, is deze weg geen lolletje. En dat verandert voorlopig niet.
Vreemd genoeg is er wel geld voor een nieuwe weg van Kalloni naar Sigri. De bouw is zelfs al begonnen. Dit geheel geasfalteerde traject is beslist geen drukke weg te noemen en voert langs de dorpen Filia, Skalochori, Vatoessa en Andissa.
Het kleine witte dorp Sigri, dat dankzij de bouw van zijn kasteel in 1757 weer op de kaart werd gezet, kent wat winkeltjes en restaurants, maar bezit bijvoorbeeld geen geldautomaat noch een benzinepomp. Wat sommige toeristen wel eens in de problemen heeft gebracht. Het heeft wél het prachtige natuurhistorisch museum van het versteende woud, maar is dat een reden om in tijden van crisis een nieuwe weg aan te leggen?
Werkverschaffing? Of is de weg te gevaarlijk voor de bussen die er ’s zomers de toeristen over aanvoeren naar het Park van het Versteende Woud? Zit er soms een ambtenaar achter die geld ruikt om in zijn zak te steken, of heeft juist het natuurhistorisch museum van Sigri er op aangedrongen?
Bouwen in Griekenland, en zeker op dit eiland, is nooit zonder risico. Wanneer je voor funderingen in de grond gaat graven, kun je op eeuwenoude gebouwen stuiten, waarna de archeologische dienst de bouw kan stilleggen. In het westen van het eiland kom je gegarandeerd miljoenen jaren oude, versteende bomen tegen. Toen men in Sigri aan de nieuwe weg begon, stuitte men pardoes op grootse vondsten: versteende boomstammen van sequoia’s, versteende resten van fruitbomen, planten en grote versteende worstelstelsels. Die schatten moeten eerst door het museum worden veiliggesteld, alvorens men verder kan gaan met de weg.
Is er een andere reden voor de nieuwe weg van Kalloni naar Sigri? Die voert namelijk door hetzelfde gebied waarvoor de Spaanse energiemaatschappij Iberdrola grootse plannen had. Is dit niet het gebied waar zo’n honderd kilometer nieuwe wegen moeten worden aangelegd, puur en alleen voor de aanleg van een enorm windmolenpark?
Misschien zie ik net als Don Quichot spoken op de weg, maar ik heb zo mijn vraagtekens bij de bouw van een nieuwe weg in een dunbevolkt gebied van Lesvos, waar op de oude, in goede staat verkerende weg de tegenliggers je niet om de oren vliegen. Er zijn andere wegen die schreeuwen om vernieuwing, en nu het geld schaars is, vraag ik me af of de prioriteiten wel goed worden gesteld.
Hier in het noorden, het gebied waar de meeste toeristen komen, wachten we op de nieuwe waterweg naar Turkije. Jarenlang circuleerden de geruchten over een bootverbinding tussen Pètra en Turkije en die geruchten nemen eindelijk vastere vormen aan: in de haven van Pètra is al een gebouw voor de douane verrezen. Nu is het wachten op de douanebeambten, een boot en een plan waar de boot heen zal varen (ondanks een ‘proefvaart’ kan nog niemand vertellen waar de boot heen zal gaan).
Toekomstmuziek: de nieuwe weg door het windmolenpark zal u razendsnel naar het fors uit zijn voegen gegroeide Versteende Woud brengen en Sigri zal dé badplaats van het eiland zijn. De oude weg van Pètra naar Kalloni zal dusdanig zijn vervallen dat u beter via Sigri naar Kalloni kunt rijden, en de inmiddels mythische boulevard van Eftaloe zal in zee liggen, zodat de daar gelegen hotels alleen voor wandelaars toegankelijk zullen zijn. De haven van Pètra zal een gezellige en drukke bedoening zijn geworden met volop terrassen en reizigers die per boot van en naar Turkije willen. En Kalloni? Dat zal iedereen mijden wegens zijn irritante verkeersopstoppingen.