(Foto: internet)
Zolang er mensen zijn op de wereld, zijn er potentaten zoals Putin die dromen van grote, machtige staten. Landjepik is nog veel ouder dan de weg naar Rome. Vreemd genoeg is er echter maar één landen veroverende koning geweest, meer bekend als groot veldheer dan als massamoordenaar: Alexander de Grote.
In de oudheid verliepen oorlogen compleet anders: die bestonden uit belegeringen van steden en uit veld- en zeeslagen waarin soldaten tegen elkaar vochten met knots, speer of zwaard. Oorlog voeren was een kwestie van eer, heldendom en goden; zo wordt in ieder geval de Trojaanse oorlog beschreven. Tegenwoordig zal niemand het in zijn hoofd halen om serviesgoed met tanks en loopgraven te versieren. In het oude Griekenland werd wel aardewerk met oorlogstaferelen beschilderd, zoals de beroemde Chigi-vaas (uit ca 650 v.Chr.), met onder andere afbeeldingen van hoplieten (soldaten bewapend met schild en lans) in falanx formatie (gesloten slagorde met de lansen naar voren gestoken).
De falanx is een van de vele krijgslisten die de Grieken hadden uitgevonden en waarmee later de Romeinen aan de haal gingen om hun beruchte Rijk uit te breiden. Ook de ontwikkeling van steeds grotere boten – zoals triremen, waarin hele legers aan de roeiriemen konden trekken – was voor de Griekse oorlogsvoering van belang.
Voordat het Romeinse Rijk zich ver over de Europese grenzen uitstrekte, was heel Griekenland, dus ook Lesvos, opgedeeld in stadstaatjes. Op Lesvos was Mytilini de belangrijkste stadstaat, die meestal in de clinch lag met de tweede stadstaat van het eiland, Mithymna (Molyvos). Terwijl in de herdersroman Daphnis & Chloë van Longus de strijd tussen twee stadstaten grotendeels bestond uit wat ontvoeringen en schapen en geiten stelen, ging het er in werkelijkheid ruiger aan toe. Mithymna pikte stadstaatje Arisvi in om de stad te verwoesten, en later kreeg het van wraakzuchtige Romeinen ook nog Andissa toegespeeld.
Tijdens de Peloponnesische oorlog, in 428 v.Ch., wilde Mytilini samen met Sparta en andere steden in opstand komen tegen de Atheense overheersers. Mithymna weigerde echter zijn bondgenoot Athene te verraden. Athene kreeg lucht van de voorbereidingen, Sparta liet Mytilini vallen en zo konden de manschappen uit Athene de opstand in de kiem smoren. Als straf werd er in Athene beslist dat alle mannen uit Mytilini vermoord moesten worden en hun vrouwen en kinderen als slaven verkocht.
In 81 v.Chr. vond het beleg van Mytilini plaats, toen de stad alweer – tevergeefs – in opstand kwam, nu tegen de Romeinen die het eiland in hun ijzeren greep hielden. Mytilini werd er ook van verdacht met piraten samen te werken. De Slag om Mytilini kreeg echter zijn bekendheid, omdat een van de Romeinse soldaten die de opstand moest neerslaan, Julius Cesar was, die een corona civica (burgerkroon) kreeg, een beloning voor het redden van een andere Romeinse soldaat.
Het gros van de gevangen genomen burgers werd vroeger als slaaf verhandeld. Grote moordpartijen waren geen gemeengoed. Toch is er het trieste verhaal over het eiland Chios, waar in 1822 tijdens de Griekse Onafhankelijkheidsoorlog opstandelingen vanuit Samos neerstreken om de Turkse overheersers aan te pakken. Al snel verschenen er Ottomaanse troepen die het eiland plunderden, in brand staken en orders hadden om te moorden. Volgens Wikipedia werden ongeveer 52.000 inwoners gedood, bijna 52.000 weggeleid in slavernij, 21.000 wisten te vluchten en slechts zo’n 2000 mensen bleven achter op het verwoeste eiland (de cijfers variëren in verschillende bronnen). Twee jaar later maakte de Franse kunstenaar Eugène Delacroix het beroemde schilderij Scènes des massacres de Scio, net zoals Picasso in 1937 zijn beroemde Guernica schilderde na de bombardementen op het gelijknamige Spaanse stadje tijdens de Spaanse burgeroorlog.
Oorlog is ook een populair thema in de literatuur. Verhalen over soldaten, vervolgingen, bombardementen en onderduikers: het zijn veelal trieste boeken over de wreedheid van de mens. Zo heeft de Trojaanse oorlog geleid tot grootse helden en nieuwe mythen die de tand des tijds glansrijk hebben overleefd: er zijn glamoureuze boeken over geschreven, waarin niet alleen doden vielen maar ook helden opstonden. En die dreigden niet de hele wereld om zeep te helpen maar wilden eerlijke gevechten leveren.
Sinds de bommenwerpers in de Eerste Wereldoorlog werden geïntroduceerd, lijken de oorlogen dodelijker en grimmiger te zijn geworden. Nu heb je nog maar één gek nodig, die de hele wereld kan vernietigen met de druk op een knop.
Terug naar Mytilini in 427 v.Chr., wiens bevolking door de Volksvergadering in Athene was veroordeeld. Dit vonnis werd echter een dag later herroepen dankzij een zekere Diodotos, die het beroemde Mytileense debat uitlokte: uit humanitaire en strategische overwegingen moest de bevolking gespaard worden. Beter een vijand paaien om zo een alliantie te creëren. De boodschapper van dit heuglijke nieuws vloog er in een dubbel bemande trireme vandoor en was net op tijd op Lesvos – waar men al was begonnen met het executeren van gevangenen – om een groot bloedbad te voorkomen.
Vroeger, ja heel vroeger, toen alles beter was (naar men zegt), waren zelfs oorlogen beter, want menselijker. Maar Putin heeft duidelijk geen boodschap aan de oude, wijze Grieken.