(Kunst van de schroothoop in Andissa, from Ioannis Theodosiou)
Het was op een donkere december namiddag, de zon allang onder, dat we over een stuk nieuwe weg reden, van Vatoessa naar Skalochori. Het was aardedonker en we zagen niets van de omgeving, maar toch keken we nieuwsgierig in het rond na elke bocht die de weg nam. Niemand wist waar we zouden uitkomen. Opeens doemde hoog in de verte een verlicht gebouw op. Het leek wel een kleine akropolis, zo rijkelijk was het gebouw met schijnwerpers omgeven, en wij keken elkaar vragend aan: waar zijn we in godsnaam, dat we dit met licht overgoten, hooggelegen heiligdom nog nooit hebben gezien? Welk dorp in het westen hield zoiets verborgen? Het kon niets anders dan het kleine kerkje zijn, dat boven op een berg naast Skalochori slaapt, nu veranderd in een glorieus lichtobject.
Misschien is die feestverlichting wel ter ere van de nieuwe weg, die de tocht tussen Molyvos en Sigri vijftien minuten verkort. Net zoals het nieuwe stuk de berg af boven Sigri (het eerste deel dat af was van het megaproject ‘Nieuwe Weg Sigri – Kalloni) je vijf minuten sneller in het dorp doet belanden. Overal kom je wel een deeltje van dit nieuwe asfalt tegen: een verloren brug tussen Vatoessa en Andissa, een stuk weg dat de hoek om komt en uitmondt op de weg van Filia naar Kalloni, of een andere brug verloren in de schapenweiden even buiten Dafia.
Overal wijzen kaalslag en graafmachines op de aanleg van deze weg, maar het is nog steeds moeilijk voor te stellen hoe en waar die gaat lopen. Ook is voor een heleboel mensen nog steeds onduidelijk waarom er in het dunst bevolkte deel van het eiland een snelweg moet komen. Het verkeer is in een uur op één hand te tellen.
Zou je de verkeersaders op het eiland van nummers voorzien, dan is Kalloni – Mytilini de A1, Kalloni – Molyvos de A2, Plomari – Larisos (A1) de A3, Polichnitos – Matses (A1) de A4, Loetra – Mytilini de A5 en Mandamados – Mytilini de A6. Ik schat Sigri – Kalloni op een B10. De A1 en A3 zijn al drastisch verbeterd. Aan de A4 wordt ook gewerkt. Maar waarom de drukke A2 nooit verbeterd is, terwijl er wel geld voor een rondweg om Stipsi was (C6), is me een Grieks raadsel. Net zoals dat megalomane project van de B10. En dan vormt de boulevard van Eftaloe – zomers zeker de C4 – ook een vraagteken. Daar kunnen binnenkort al geen bussen meer rijden, zo erg is die weg er aan toe.
Maar laten we teruggaan naar de B10, Sigri – Kalloni. In het kleine vissersdorpje Sigri, ‘groot’ gehouden door het fraaie Museum van het Versteende Woud, is geen enkel teken van nieuwbouw te bespeuren. Dus wanneer iemand zegt dat dat dorp moet uitgroeien tot een grote havenstad, rijst onmiddellijk de vraag van de kip en het ei: groeit een stad door een goeie weg erheen, of legt men een nieuwe weg aan naar een stad die uit zijn voegen groeit? Dan opteer ik voor de mogelijkheid dat de plannen om het gehele wilde westen vol te plempen met gigantische windmolens, nog steeds op tafel liggen.
Dat de wegenbouw niet helemaal voor niets is geweest, bewijst het grote aantal versteende bomen dat tijdens de aanleg te voorschijn kwam. Het eerste traject, van Sigri op weg naar Andissa, gaat door het versteende-bomen-rijk en de archeologische dienst heeft er tijdens de aanleg met zijn neus bovenop gestaan en rijkelijk geoogst. Zóveel zelfs, dat er een interessante tentoonstelling uit voort is gekomen, die tijdens de zomer van 2015 in het museum van Sigri was te zien en nu is overgestoken naar Thessaloniki, waar Het bos onder de weg (The Forest under the Road) tot april te bewonderen valt in het Oud Archeologisch Museum Geni Tzami.
Wat de nieuwe weg zal opleveren behalve tijdwinst, is verder niet duidelijk. Een enkeling – zoals de eigenaar van het benzinestation onder Vatoessa – zal niet blij zijn met de wegverandering. Ook het dorp Andissa zal buiten de rijroute komen te vallen, wanneer ik de vage tekenen in het landschap moet geloven. Daar, boven het dorp waar een beroemde orchideeënheuvel ligt, vind je ook de werkplaats van een kunstenaar die temidden van zijn schroothoop fraaie sculpturen maakt: van robuuste tafeltjes tot robotachtige mannetjes die je vriendelijk gedag zwaaien wanneer je langsrijdt, gemaakt van schroeven, bouten, ventilatorbladen, aandrijfveren en nog wat meer van die onderdelen die je auto bij elkaar houden. Wanneer de nieuwe weg daadwerkelijk Andissa (dat beweert het mooiste stadspleintje van het eiland te hebben) zal mijden, zullen die lachende robotjes doelloos in de blauwe lucht zwaaien, omdat er dan niemand meer stopt die ze wil meenemen. Maar voorlopig kunnen we nog wel enkele jaartjes van deze lokale kunst genieten, aangezien de weg slechts enkele kilometers berijdbaar asfalt per jaar oplevert. Of wellicht is het doel al behaald: een spannende tentoonstelling in Thessaloniki over wat de aanleg van een weg op Lesvos zoal kan opleveren.