Ik ben trots op het merendeel van de Grieken omdat ze als eerste Europeanen voor verandering hebben gekozen: ze kozen voor Alexis Tsipras, die er alles aan doet om niet zomaar te buigen voor de Europese dictatuur en die van de banken. Bovendien durfde hij een kleurrijke minister van Economische Zaken aan te stellen: Yanis Varoufakis, die de show stal met zijn onorthodoxe kledingstijl, zijn vlotte optreden en zijn economische ideeën.
Ik ben geen journaliste, wetenschapster of politica, en al helemaal geen econome. Wanneer je tegenwoordig over bankzaken leest, moet je kennis hebben van ingewikkelde processen, want anders begrijp je het niet. Vandaar misschien dat het gros van de mensen geen idee heeft hoe ze in een crisis zijn beland en maar klakkeloos van de media aannemen, wie de schuldige is.
Volgens Yanis Varoufakis (niet alleen minister maar ook hoogleraar in de economie) is economie geen exacte wetenschap maar een filosofie. Dat legt hij uit in een verhelderend boekje voor zijn dochter en nitwits zoals ik: De economie zoals uitgelegd aan mijn dochter (Μιλώντας στην κόρη μου για την οικονομία). Ik vond erin wat ik al dacht: dat de banken de grote boosdoeners van deze wereld zijn, en dat de politici zijn vergeten waarvoor een regering dient: om het kapitaal van het volk te verdedigen.
Het heldere boekje schetst hoe we in de tegenwoordige, roofzuchtige economie zijn beland, waar banken en grote bedrijven alleen maar steeds meer winst maken over de ruggen van het volk dat steeds armer wordt. Varoufakis legt de ingewikkelde materie uit aan de hand van de geschiedenis van Engeland, waar de invoering van schapen in de plaats van landarbeiders de eerste grote golf veranderingen met zich meebracht, net zoals later de industriële revolutie; en hij haalt een aantal films aan, zoals The Matrix, Blade Runner en Star Trek, om nog explicieter te zijn.
De prachtige roman Oogst van de Engelse schrijver Jim Crace ontving deze week de prestigieuze IMPAC Dublin Literary Award en gaat juist over die verjaging van de landarbeiders, omdat wol meer zou opbrengen.
Ik weet niet precies of op Lesvos veel landarbeiders werkeloos raakten, toen schapen en geiten het steeds meer voor het zeggen kregen in het Lesvoriaanse landschap. Feit is wél dat het eiland vroeger veel meer landbouw kende, zoals de verbouw van tabak, katoen, peulvruchten, graan en druiven (Lesvos was ooit beroemd vanwege zijn wijn). Schapen en geiten maken nog steeds de dienst uit op de graslanden en in de bergen, echter niet meer voor de wol (die wordt meestal ergens op een verlaten plek in de natuur gedumpt), maar voor de melk, waarmee kaas wordt gemaakt.
De industriële revolutie op Lesvos werd vooral gekenmerkt door de toename van stoommachines, die ervoor zorgden dat olijven makkelijker konden worden omgezet in olie (stoompersen) en sneller konden worden vervoerd (stoomschepen). Rond 1900 was Lesvos dan ook een behoorlijk welvarend eiland, dat behalve olijfzeep en -olie ook nog eens grote leerlooierijen had aan de Golf van Jèra. De nu vervallen gebouwen (o.a. in Pèrama) zijn nog altijd indrukwekkend om te zien.
Nadat Lesvos in 1922 na een aantal eeuwen weer onder Grieks bestuur kwam, stortte de industrie grotendeels in. Dit had niets met de economie te maken, maar met de politieke gebeurtenissen. Kleine landbouwactiviteiten zoals tabak en de harsindustrie bleven nog even, maar olijfolie, kaas en ouzo werden toen de belangrijkste exportmiddelen.
Na de Tweede Wereldoorlog begon West-Europa zich in hoog tempo te ontwikkelen. Maar niet Griekenland: daar vond eerst nog een burgeroorlog plaats en vervolgens trokken kolonels de macht naar zich toe. Niet een klimaat waarin je wilt investeren, en dus bleef Griekenland achter. De kolonels verloren in 1974 hun macht en lieten Griekenland verpauperd achter.
Een lichtpuntje vormde de aansluiting bij Europa, toen de Grieken zulke goedkope leningen voor de neus werd gehouden, dat de meesten van hen zich even in luilekkerland waanden. We weten nu allemaal welke hoge prijs ze hiervoor momenteel moeten betalen, want amper een halve eeuw nadat de vrijheid de Grieken eindelijk toelachte, staat het land wederom aan de rand van een diepe afgrond.
En misschien wel heel Europa, dat steeds meer tekenen van verval laat zien: het wordt steeds duidelijker dat de politici enkel en alleen naar het pijpen van de machtige industriëlen en banken dansen. Zo hebben ze kortgeleden de grote boze wolf Monsanto in Europa toegelaten. Deze industriële gigant, bekend om zijn chemische insecticiden en Agent Orange, koopt patenten op van groenten (én delen van de wijnindustrie, zoals in Frankrijk).
Krijgt Monsanto wat het wil, dan kun je over een aantal jaren fluiten naar je Griekse salade en alleen nog maar Monsanto salades krijgen, aangezien ze dan alle tomaten, uien en paprika’s hebben gepatenteerd. Op Lesvos hebben de meeste mensen een klein tuintje waar ze hun eigen groenten verbouwen, en in veel restaurants krijg je ook die zelf gekweekte groenten. Veel toeristen kunnen geen genoeg krijgen van de Griekse tomaten, die tijdens de zomermaanden zijn grootgebracht met een behoorlijke portie zon. Maar als Monsanto het voor het zeggen krijgt, groeien er in heel Europa alleen nog maar gemanipuleerde tomaten die overal hetzelfde smaken. En ik durf te wedden dat het dan misschien zelfs verboden wordt om andere groenten dan die van Monsanto te kweken, laat staan te eten.
Wanneer je ziet hoe Europa het mes op de keel van een van zijn lidstaten zet, hoe het probeert om het migrantenprobleem op drie lidstaten af te schuiven, en hoe het faalt een nieuw banksysteem in het leven te roepen, is het wel duidelijk: Europa is mislukt (zie ook De prijs van de euro). Geen politicus lijkt een les te hebben geleerd uit hoe IJsland uit zijn faillissement kroop, geen regeringsleider lijkt erover na te denken dat vluchtelingen juist zouden kunnen bijdragen aan de oplossing van de Europese crisis en niemand durft de geldmakers te stoppen. In mijn ogen beginnen West-Europeanen eruit te zien als de door Varoufakis genoemde robotten uit De Matrix: het volk laat zich gelaten wetten opleggen, mort een beetje, maar niemand durft in opstand te komen.
Daarom is het goed dat – wat er ook van komt – Griekenland zich niet zomaar de wet door Europa en zijn geldwolven laat voorschrijven. Het nieuwe Europa – als het al überhaupt overleeft – zal, net zoals ooit de democratie, beginnen in Griekenland.
En wanneer je wat meer van onze turbulente wereld wil begrijpen, is Yanis Varoufakis’ boekje een mooi begin van een goede economieles.